-
1 voor eigen gebruik
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > voor eigen gebruik
-
2 voor eigen gebruik
voor eigen gebruikpour (mon, ton etc.) usage personnel -
3 gebruik
♦voorbeelden:het gebruik van de handen missen • ne pas avoir l'usage de ses mainshet gebruik van tractoren • l'utilisation de tracteurshet gebruik van de tuin was hem toegestaan • il lui était permis de profiter du jardinartikel voor dagelijks gebruik • article de consommation courante, d'usage courantvoor eigen gebruik • pour (mon, ton etc.) usage personneleen slecht gebruik maken van iets • user mal de qc.alleen voor uitwendig gebruik • à usage externe(geen) gebruik van iets maken • (ne pas) se servir de qc.van de gelegenheid gebruik maken • profiter de l'occasionvan iemands uitnodiging gebruik maken • accepter l'invitation de qn.buiten gebruik raken • tomber en désuétudeiets buiten gebruik stellen • mettre qc. hors d'usagedoor het gebruik afslijten • se détériorer à l'usageiets in gebruik nemen • utiliser qc. pour la première foisalgemeen in gebruik zijn • être utilisé courammentin gebruik komen • devenir courantin het gebruik • à l'usageiets in gebruik stellen • mettre qc. en servicebekend zijn met het gebruik van iets • savoir (comment) se servir de qc.voor iemands gebruik • à l'usage de qn.het is een goed gebruik dat • c'est une bonne habitude deeen oud gebruik • un vieil usageeen plaatselijk gebruik • une coutume localeeen zonderling gebruik • une drôle d'habitudehet is hier het gebruik dat • il est d'usage que -
4 gebruik
♦voorbeelden:het gebruik van de tuin was hem toegestaan • he was allowed the use of/allowed to use the gardenvoor algemeen gebruik • for general usevoor eigen gebruik • for personal usealleen voor uitwendig gebruik • for external use/application only(geen) gebruik van iets maken • (not) make use of somethingvan de gelegenheid gebruik maken • take/seize the opportunitygebruik maken van een mogelijkheid • use a possibilitydruk gebruik maken van iets • use something a lothet juiste gebruik maken van iets • put something to its proper usein gebruik hebben • have in usemeevallen in het gebruik • be not so bad once you get used to him/her 〈enz.〉iets in gebruik nemen/stellen • put/bring something into useschudden voor het gebruik • shake before usehet is een goed gebruik dat … • … is a good custombuiten gebruik zijn/raken • be out of use, fall into disusein gebruik zijn/komen/raken • be in/come into use -
5 eigen
eigen1〈 het〉 〈 figuurlijk〉1 [informeel; + bezittelijk voornaamwoord] myself, yourself, himself, herself, itself 〈 enkelvoud〉; ourselves, yourselves, themselves 〈 meervoud〉♦voorbeelden:1 ik dacht bij mijn eigen dat … • I was thinking to myself …op zijn eigen gaan wonen • start living on one's own————————eigen22 [uitgaand van iemand zelf] own3 [kenmerkend] typical, characteristic, individual4 [vertrouwd] familiar♦voorbeelden:voor eigen gebruik • for one's (own) private usemensen met een eigen huis • people who own their own houseiets in eigen kring vieren • celebrate something privatelywij hebben ieder een eigen (slaap)kamer • we have separate (bed)roomseigen weg • private roadhet waren haar eigen woorden • those were her very wordsbemoei je met je eigen zaken • mind your own businesseen geheel eigen stijl ontwikkelen • develop a style all one's ownmet de hem eigen bescheidenheid • with his characteristic modesty4 zich iets eigen maken • make oneself familiar with something; 〈 met betrekking tot taal〉 master, pick up; 〈 met betrekking tot gewoonte〉 pick up, fall into, acquireeigen producten • domestic products -
6 own
adj. van mij (van jou, van haar, etc.); zelf--------v. behoren tot; dank verschuldigd zijn aan; erkennen; bezittenown1[ oon] 〈bijvoeglijk naamwoord; voornaamwoord〉1 eigen ⇒ van … zelf, eigen bezit/familie♦voorbeelden:mind one's own business • zich met zijn eigen zaken bemoeienthey ate of their own cooking • zij aten uit hun eigen keukenleave someone to his/her own devices/resources • iemand aan zijn lot overlatenan own goal • een doelpunt in eigen doelput/set one's own house in order • orde op zaken stellentake the law into one's own hands • het recht in eigen handen nemen, voor eigen rechter spelentake matters into one's own hands • de zaak zelf onder handen nemenlet someone stew in his own juice • iemand in zijn eigen vet/sop gaar laten kokenbe one's own man/master • zijn eigen heer en meester/onafhankelijk zijnthe truth for its own sake • de waarheid op zich(zelf)my time is my own • ik heb de tijd aan mezelffor one's own use • voor eigen gebruiknot have a moment/minute/second to call one's own • geen moment voor zichzelf hebbenhe finally came into his own • eindelijk kreeg hij wat hem toekwamit has a value all its own • het heeft een heel bijzondere waardemay I have it for my own? • mag ik het echt hebben?/houden?he has a computer of his own • hij heeft zijn eigen computerfor reasons of his own • om persoonlijke redenenhave a way of his own • zo zijn eigen manier van doen hebbenmy own self • ikzelf, ik persoonlijkin his own (good) time • wanneer het hem zo uitkomt/uitkwam→ come into come into/————————own2♦voorbeelden:he owned to having said that • hij gaf toe dat hij dat gezegd hadII 〈 overgankelijk werkwoord〉 -
7 cash crop
cash crop -
8 for one's own use
-
9 subsistence crop
subsistence crop -
10 subsistence farming
subsistence farming -
11 balloon payment bullet loan
Ballon lening (een lening voor eigen gebruik waarvan de hoofdsom afbetaald wordt in een vaste reeks van lage betalingen en daarna een aantal hoge betalingen) -
12 Bedarf
Bedarf〈m.; Bedarf(e)s〉1 het benodigde, benodigdheden♦voorbeelden:2 bei Bedarf • indien nodig, desgewenstüber Bedarf eingedeckt • volop voorzien -
13 für den persönlichen Bedarf
Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > für den persönlichen Bedarf
-
14 took advantage of his position
maakte gebruik van zijn positie (maakte gebruik van zijn hoge positie voor eigen voordeel) -
15 gelegenheid
2 [mogelijkheid, omstandigheid] opportunity ⇒ chance, facilities 〈 voor bepaalde handeling of doel〉, provision 〈 voor bepaalde handeling of doel〉3 [reisgelegenheid] means of conveyance/transport ⇒ travelling facility5 [voorkomend geval] occasion♦voorbeelden:2 dat deed hij zomaar op eigen gelegenheid • he did it off his own bat/unaidedeen gunstige gelegenheid afwachten • wait for the right momentde gelegenheid aangrijpen/waarnemen om … • take advantage of/seize the opportunity to …die streek biedt volop gelegenheid voor fietstochten • that area offers ample opportunity/facilities for cyclingde gelegenheid voorbij laten gaan • miss the chance/opportunity, let the opportunity slip (by)als de gelegenheid zich voordoet • when the opportunity presents itselfbij gelegenheid • later, when it's (more) convenientbij de eerste de beste gelegenheid • at the first possible/available opportunityin de gelegenheid zijn om … • be able to, have the opportunity to …er is gelegenheid om te dansen/te slapen • there are dancing facilities/there is sleeping accommodationik maak van de gelegenheid gebruik om … • I take this opportunity to …de gelegenheid te baat nemen • grasp/seize the opportunitylaten we in die gelegenheid iets drinken • let's have a drink in that barbij voorkomende gelegenheid • if/when the occasion arisesbij zulke/bepaalde gelegenheden • on such/certain occasionster gelegenheid van • on the occasion ofvoor de gelegenheid droeg zij een feestjapon • she wore a gown for the occasion -
16 way
adv. hoe dan ook; op grote wijze--------n. weg; manier, wijze; kant; richting; afstandway1[ wee]4 richting5 opzicht♦voorbeelden:that's the way (it is/goes) • zo gaat het nu eenmaallose the/one's way • verdwalen, de weg kwijtraken〈 figuurlijk〉 pave the way (for something/someone) • de weg banen/effenen (voor iets/iemand)〈 figuurlijk〉 pay one's way • geen schulden maken, zonder verlies werkenpay one's way through college • zelf zijn universiteitsstudie (kunnen) betalenwork one's way through college • werkstudent zijnway home • thuisreisway in • ingangbetter weather is on the way • er is beter weer op komstwe're on our/the way • we komen eraan, we zijn onderwegout of the way • ver weg, afgelegenout of one's way • niet op de routeway of thinking • denkwijzeto her way of thinking • naar haar mening, volgens haarfall into evil/bad ways • slechte gewoontes krijgengo the right/wrong way about something • iets op de juiste/verkeerde wijze aanpakkendo something a certain way • iets op een bepaalde manier doen〈 figuurlijk〉 find a way • een manier vinden, er raad op wetenhave a way of doing something • er een handje van hebben iets te doenmend one's ways • zijn leven beterenset in one's ways • met vast(geroest)e gewoontesone way and another • alles bij elkaar (genomen)one way or another/the other • op de een of andere manierin its way • in zijn soortin this way • op deze manier, zoit's only his way • zo is hij nu eenmaalthere are no two ways about it • er is geen twijfel (over) mogelijkstep this way, please • hierheen, graagthe other way around/about • andersomin no way • helemaal nietno way better • in geen enkel opzicht beterin more ways than one • in meerdere opzichten6 a long way away/off • een heel eind weg, ver wegyour birthday is still a long way off • je bent nog lang niet jarigall the way • helemaal, tot het (bittere) eindego all the way • het echt doen, met iemand neukenways and means • geldmiddelenhave ways and means of getting something • de juiste wegen weten om iets (gedaan) te krijgenthat's the way of the world • zo gaat het nu eenmaal (in de wereld)cut both ways • goede en slechte gevolgen hebbenget one's (own) way, have (it) one's (own) way • zijn zin krijgen, doen wat men wilgo out of one's/the way to … • zijn (uiterste) best doen om …have a way with elderly people • met ouderen om weten te gaanyou can't have it both ways • óf het een óf het andersee one's way (clear) to doing something • zijn kans schoon zien om iets te doenwind one's way into someone's affections • bij iemand in de gunst proberen te komenby the way • terloops, trouwens, à proposthey had done nothing out of the way • zij hadden niets bijzonders/extreems/verkeerds gedaanany way • in ieder geval, hoe dan ookeither way • hoe dan ook〈Amerikaans-Engels; informeel〉 every which way • overal, in alle hoeken en gaten〈Amerikaans-Engels; informeel〉 no way! • geen sprake van!1 (voort)gang ⇒ snelheid, vaart♦voorbeelden:gather/lose way • vaart krijgen/minderen 〈 van schip〉negotiations are well under way • onderhandelingen zijn in volle ganggive way • toegeven, meegeven 〈 ook figuurlijk〉; wijken, voorrang geven; doorzakken, bezwijkengive way to • toegeven aan, wijken voormake way for • plaats/ruimte maken voorput someone in the way of something • iemand op weg helpen (met iets), iemand aan iets helpenstand in the way • in de weg staanget something out of the way • iets uit de weg ruimen, iets afhandelenput someone out of the way • iemand uit de weg ruimenmake one's (own) way (in life/the world) • in de wereld vooruitkomenhe's by way of being a musician • hij is om zo te zeggen een muzikantby way of Brighton • via Brightonby way of illustration/example • als illustratie/voorbeeld♦voorbeelden:————————way2〈 bijwoord〉1 ver ⇒ lang, een eind♦voorbeelden:1 way back • ver terug, (al) lang geleden〈 Amerikaans-Engels〉 someone from way back • iemand uit een afgelegen gebied/ver verleden
См. также в других словарях:
Nicholaas Ferdinand Le Grand — Nicolaas, Nicolas of Nicholaas Ferdinand Le Grand, vers 1660 (?) et 1710, est un compositeur, actif dans la République des Provinces Unies, dont le nom indique qu il pourrait être originaire de la France ou des Pays Bas méridionaux. Sommaire 1… … Wikipédia en Français
David Petersen — Pour les articles homonymes, voir Petersen. David Petersen … Wikipédia en Français
Pferd — (s. ⇨ Ross). 1. A blind Ferd trefft gleich (gerade) in Grüb herein. (Jüd. deutsch. Warschau.) 2. Alte Pferde achten der Peitsche nicht. Lat.: Psittacus senex ferulam negligit. (Gaal, 926.) 3. Alte Pferde gehen nicht durch. Holl.: Het hollen is… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Marco Kroon — … Wikipedia
Kingdom of the Netherlands — For the country called Netherlands within the Kingdom, see Netherlands. Kingdom of the Netherlands Koninkrijk der Nederlanden (Dutch) Keninkryk fan de Nederlannen (West Frisian) … Wikipedia
Pieter Geyl — Pieter Catharinus Arie Geyl, né le 15 décembre 1887 et mort le 31 décembre 1966, est un historien néerlandais, connu pour ses travaux sur les Provinces Unies et sur l historiographie. Sommaire 1 Études et début de carrière 2 La Seconde Guerre… … Wikipédia en Français
Recht (Subst.) — 1. Alles, was das Recht erlaubt, thut man mit Recht. – Graf, 285, 6. Mhd..: Allez daz das reht irloubt, daz tut man wol mit rehte. (Daniels, 334, 43.) 2. Alt Recht und frischer Braten ist wohl zu rathen. Böhm.: Stará práva, čerstvá potrava –… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon